[§ 1
Op verzoek van de andere echtgenoot en onverminderd de toekenning van schadevergoeding, kunnen worden nietigverklaard:
- 1.
- de handelingen door een der echtgenoten verricht met overtreding van de bepalingen van artikel 215;
- 2.
- de handelingen door een der echtgenoten met overtreding van een krachtens artikel 223 gevraagd of verkregen verbod tot vervreemding of hypothekering verricht na de overschrijving van het desbetreffende verzoekschrift of vonnis;
- 3.
- de schenkingen door een der echtgenoten, die de belangen van het gezin in gevaar brengen;
- 4.
- de persoonlijke zekerheden door een der echtgenoten gesteld, die de belangen van het gezin in gevaar brengen.
§ 2
De vordering tot nietigverklaring of schadevergoeding moet op straffe van verval worden ingesteld binnen een jaar na de dag waarop de handeling ter kennis is gekomen van de echtgenoot-eiser.
Indien de echtgenoot overlijdt voordat verval is ingetreden, beschikken zijn erfgenamen vanaf het overlijden over een nieuwe termijn van een jaar.]
Vervangen bij art. 1 W. 14 juli 1976 (B.S., 18 september 1976).