De hierna volgende handelingen en omissies worden stedenbouwkundige inbreuken genoemd, en worden bestraft met een exclusieve bestuurlijke geldboete van maximaal [400.000] euro:
- 1°
- de instandhouding van de illegale gevolgen van de misdrijven, vermeld in artikel 6.2.1, eerste lid, voor zover die gevolgen zich situeren in kwetsbaar gebied;
- 2°
- het schenden van de verplichtingen, vermeld in artikel 6.3.6, § 2, tweede en vierde lid, en artikel 6.4.9, § 2, tweede en vierde lid;
- 3°
- het uitvoeren [...] van de handelingen, [vermeld in artikel 4.2.2 en 4.2.5,] die voorafgaan aan de [voorafgaande uitdrukkelijke of stilzwijgende aktename], vermeld in artikel [6, tweede lid] van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning;
- 4°
- het schenden van de informatieplicht, vermeld in artikel 5.2.1 tot en met 5.2.6;
- 5°
- het uitvoeren [...] van handelingen zonder de controle van een architect als die controle verplicht is met toepassing van artikel 4 van de wet van 20 februari 1939 op de bescherming van den titel en van het beroep van architect en de uitvoeringsbesluiten ervan;
- 6°
- het uitvoeren [...] van de handelingen, vermeld in artikel 4.4.1, § 3, tweede lid, in strijd met bijzondere plannen van aanleg, gemeentelijke uitvoeringsplannen en [verkavelingsvergunningen of omgevingsvergunningen voor het verkavelen van gronden], voor zover die plannen of vergunningen, of de relevante delen ervan niet zijn opgenomen in een door de gemeenteraad vastgestelde lijst als vermeld in het voormelde artikel;
- 7°
- het als eigenaar toestaan of aanvaarden dat de inbreuken, vermeld in punt 1°, 3°, 5° en 6°, worden gepleegd [...].